[vc_row][vc_column][vc_row_inner][vc_column_inner][vc_column_text]
Bertiliabron
Oorspronkelijk ontsproten aan een heidense cultus ter ere van Rosmerta, een Keltische brongodin, werd het ritueel bij de bron gekerstend omstreeks het midden van de 7de eeuw. Zo werd de St.-Bertiliabron een gekend bedevaartsoord.
Op de eerste zondag van mei legden honderden bedevaarders zevenmaal de weg af tussen bron en kerk terwijl ze de heilige aanriepen tegen kinderziekten en andere menselijke aandoeningen, besmettelijke ziekten en ziekten van het vee.
De pelgrims gooiden linnen lapjes en stukjes stof van de zieken in het water. Bleef het lapje drijven, dan was het gebed verhoord. Ging het onder, dan moest men andermaal op bedevaart komen.
In ons dorp wordt de H. Bertilia van Maroeuil vereerd. Hier was een bron aan haar gewijd en haar kapel was tegen het koor van de kerk aangebouwd.
In haar levensgeschiedenis lezen wij immers dat zij een bron deed ontspringen en op het einde van haar leven ging wonen in een cel tegen het koor van de kerk van Maroeuil.
Samen met de H. Eutropia (Rijkel) en de H. Genoveva (Zepperen), werd zij ook in Brustum vereerd en vormde zij een drietal dat de 3 gezusters genoemd werd, omdat men deze 3 bedevaartplaatsen op één dag kon bezoeken.
Volgens oud-pastoor Arnold Kerkhofs was de bedevaart in Rosmeer de oudste en daarom werd Bertilia hier de moeder van de 3 gezusters genoemd. Ook nu nog wordt de H. Bertilia in de kerk van Rosmeer vereerd op de zondagen van de maand mei. Vroeger was de grote begankenis (bedevaartsdag) op de eerste zondag van mei en dit bracht de mei kermis mee.[/vc_column_text][/vc_column_inner][/vc_row_inner][/vc_column][/vc_row]